Hoogleraar Jan Rotmans plaatste recent een opgetogen Twitterbericht. De aanleiding? Het feit dat de Erasmus Universiteit in Rotterdam de klimaatnoodtoestand heeft uitgeroepen. Hij schrijft met groot enthousiasme: “Erasmus Universiteit roept de klimaatnoodtoestand uit. De banden met vervuilende bedrijven worden heroverwogen, alle studenten krijgen duurzaamheidsonderwijs en de catering wordt vegetarisch. Hier heb ik jarenlang voor gepleit, nu gaat het toch gebeuren!” Rotmans is een blij mens. Er wordt naar hem geluisterd. Wie is dan niet blij?
Nu twijfel ik er niet aan dat Rotmans met zijn klimaatreddingsmissie oprecht meent het goede te doen. Hij is een echte gelovige. Overtuigd van zijn eigen gelijk en bezeten door de gedachte dat de planeet op de rand van de afrond staat en de mensheid zonder zijn interventies geen toekomst heeft. Rotmans heeft de messiaanse taak op zich genomen om dat te voorkomen. Het is zijn leven geworden. Deze messiaanse missie beperkt zich niet tot Rotmans alleen. In politiek-maatschappelijke kringen ontwaren we eenzelfde urgentie. Met name in het groen-christelijk-linkse-liberale machtsblok van D66, VVD, CU, CDA, PvdD en GroenLinks, die op haar beurt onderdeel uitmaakt van een internationaal machtsblok.
In dit machtsblok vinden we internationale organisaties, zoals het UN, de WHO en anderen, die zich ook hebben opgeworpen als dé redders van planeet en mensheid. In dit kader mag ook het WEF niet onbenoemd blijven. Dit ondefinieerbaar gezelschap van grote multinationals, de top van het internationale bedrijfsleven, bankgiganten, (klimaat)wetenschappers en hun lobbyorganisaties, een brede internationale waaier van liberaal-links-christelijke politieke leiders en andere randfiguren, volop gesteund door de MSM die zich hebben aangesloten bij Rotmans heilige missie, speelt een absolute hoofdrol in dit ‘theaterstuk’.
“Eerst de tocht door de woestijn. Om dan na een paar decennia het beloofde land binnen te treden.”
Om de naderende Apocalyps van de planeet te voorkomen kijkt Rotmans, en met hem het gehele links-groen-liberale wetenschapsfront, ogenschijnlijk niet op één leven meer of minder. Hier staan hogere belangen op het spel. Daar maken hij en zijn politieke vrienden ook geen geheim van. In een eerder Twitterbericht meldde hij dat ‘we’ eerst een stukje lijdensweg moeten bewandelen – net als Jezus - en veel van wat menig mens dierbaar is in de prullenbak moeten dumpen. Eerst de tocht door de woestijn. Om dan na een paar decennia het beloofde land binnen te treden. En de mensheid leeft dan nog lang en gelukkig.
Ook de Belgische premier De Croo houdt dat zijn landgenoten voor. Eerst twintig jaar ‘lijden’ maar dan de grote sprong voorwaarts. Het nieuwe Kanaän kan dan betreden worden. In de Tweede Kamer heerst bij de links-groen-christelijke partijen hetzelfde ‘denkschema’. Dat viel me op in een kort interruptie debat dat ik toevallig voorbij zag komen tussen SGP-kamerlid Stoffels en Kamerleden van Gl, PvdA, D66 en de PvdD. Stoffels – en met hem miljoenen burgers – maakt zich grote zorgen over de gevolgen van deze reddingsoperatie van de planeet voor de mensen die NU leven en die proberen wat van hun leven te maken. Vallen zij, zo vroeg Stoffels zich af, dan niet onder het algemeen belang voor de politiek toch voor moet staan?
Het antwoord van de planeetredders is onthutsend duidelijk. Nee dus! GroenLinks-kamerlid Suzanne Kröger laat daar geen twijfel over bestaan. Met overslaande stem en ongepast grote woorden herdefinieerde zij wat ‘we’ onder het algemeen belang dienen te verstaan en voor wie dat geldt. En vooral ook voor wie niet! Volgens deze volksvertegenwoordiger dient het algemeen belang voor ‘haar kinderen, kleinkinderen en de planeet’. De huidige generatie heeft dikke pech. Zij dient als het ‘kanonnenvoer’ om de overwinning te behalen en de planeet te redden van haar ondergang.
“De geschiedenis leert dat grote messiaanse projecten zonder uitzondering uitmonden in gruwelijke misdaden.”
Wie de moeite neemt om een kijkje (diep) in de geschiedenis te nemen, die ontdekt algauw dat Rotmans c.s. niet de eerste zijn die menen een heilige missie te moeten vervullen. En net als Rotmans waren hun voorgangers ervan overtuigd dat, als het volk hun messiaanse missie erkent, het niet lang meer duurt of het beloofde land van eeuwige voorspoed, welvaart en geluk is binnen handbereik. Wie nog dieper in de donkere geschiedenisput afdaalt ontdekt dat dit denkschema een typisch ‘product’ is van de wit-westers-christelijke beschaving. Met een uiterst zwarte rand. Want dat is wat diezelfde geschiedenis ook leert: dit soort messiaanse projecten zijn zonder uitzondering uitgemond in gruwelijke misdaden. En het is precies om die reden dat uiterste waakzaamheid is geboden. Willen wij voorkomen dat over enkele decennia onze Rotmans als misdadiger geboekstaafd wordt, en dat de politieke en religieuze leiders van de toekomst zich moeten uitputten in excuuswoorden aan de burgers van nu, dan moeten we deze keer wél van de geschiedenis leren. En wat leert die geschiedenis?
Ten eerste: dat de overtuiging dat er een heilige missie te vervullen is, en dat sommigen geroepen zijn om deze missie te vervullen, alleen in de westers-christelijke beschaving is terug te vinden. Dat heeft alles te maken met het christelijke geloof. Om te beginnen zagen de eerste christenen zichzelf als uniek en door God verkozen. Met Jezus als de enige God-zoon. Vanaf het allereerste moment in haar geschiedenis ziet zij zichzelf als absoluut superieur. Alles wat van haar beginselen, inzichten en geloofsovertuigingen afwijkt, ziet zij als minderwaardig. Met dat deze beschaving op wereldtournee gaat, doet ze dat (mede) vanuit een vergelijkbare, heilige missie als die van Rotmans. Vanaf de eerste stapjes in de wereld wordt het christendom gekenmerkt door een zekere bekeringsdrift. Vanuit eenzelfde denkschema als dat van Rotmans en met een vergelijkbaar wenkend perspectief. In de eerste opvoering van dit toneelstuk is het eindplaatje het realiseren van een heus aards paradijs. Het is de kerngedachte van o.a. Columbus die oprecht gelooft dat als elke wereldbewoner van de christelijke Jezus heeft gehoord – en zich heeft bekeerd – alles in gereedheid zal zijn voor de terugkeer van de Messias. Met het aardse paradijs als kers op de taart.
Dit thema van de Eindtijd, gecombineerd met de Apocalyps en de terugkeer van Jezus als aankondiging van het paradijs op aarde, vormt de rode draad in de christelijk-Europese geschiedenis. Het kleurt 2000 jaar westers erfgoed. Zonder dit thema is de westerse geschiedenis dan ook niet te begrijpen. In zijn boek De Apocalyps, het einde der tijden door de eeuwen heen toont Eugen Weber aan dat deze apocalyptische gedachte, maar nog meer het perspectief van een ‘nieuwe hemel en een nieuwe aarde’, een stimulerende invloed uitgeoefend heeft op de vormgevers van de westerse geschiedenis. Het wenkend perspectief van een nieuwe schepping van vrede en voorspoed is de motor achter de kruistochten naar het beloofde land, tal van wetenschappelijke ontdekkingen, kunstwerken, ontdekkingsreizen, revoluties en politiek-ideologische constructen. Het doel van de middeleeuwse kruistochten was Jeruzalem te bevrijden, zodat de Heer, zoals voorzien in de apocalyptische beloften, het nieuwe Jeruzalem kon vestigen. En daarbij, zo leren we van diezelfde geschiedenis, keek men toen ook niet op één leven meer of minder. Het doel heiligde toen al de middelen.
De geschiedenis van de Apocalyps laat overigens ook de worsteling zien omtrent de interpretatie van deze goddelijke gedachte van een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. Vele theologen hebben zich in de geschiedenis over deze vraag gebogen. Het feit dat in de vierde eeuw het christendom door de Romeinse keizer Constantijn tot officiële staatsgodsdienst verheven werd, is voor het antwoord op die vraag bepalend geweest. Constantijn zat niet te wachten op onruststokers in zijn imperium die de politieke stabiliteit ondermijnden met profetieën over de nadere eindtijd en de wederkomst van de Heer. Er moest een theologische uitleg komen die de gelovigen duidelijk moest maken dat de Apocalyps niet van deze wereld is. Kerkvader Augustinus (354-430 n.Chr.) heeft de meeste invloed gehad op de verbanning van de Apocalyps, als toekomstige gebeurtenis op aarde, uit de hoofdstroom van het christelijke denken. Hij loste het probleem op door apocalyptische teksten niet van een letterlijke, maar een symbolische betekenis te voorzien. De Apocalyps moest vooral als een allegorie gelezen worden. Volgens hem heeft de Apocalyps weinig van doen met het aardse leven en verkrijgt ze pas haar relevantie in elk mens afzonderlijk na zijn dood. De Apocalyps was volgens hem zeker geen toekomstige collectieve verlossing van de mensheid op aarde, die omgevormd zou worden tot een paradijselijk oord.
Kerkelijke dogma’s en officiële leerstellingen konden echter niet voorkomen dat het apocalyptische vuur bleef branden. De aantrekkingskracht bleek onweerstaanbaar. Vooral tijdens de renaissance zien we een comeback van dit aloude thema. De verlichting in de zeventiende eeuw leidde tot een koerswijziging van de Apocalyps. Een koerswijziging die we herkennen in de apocalyptische teksten en voorspellingen van Rotmans en zijn groen-links-liberaal-christelijke medestanders. Nu met Augustinus’ exegese de Apocalyps uit de handen van God was weggehaald, kwam ze terug als werkstuk van de mens zelf. Voor een nieuwe wereld en een ‘gouden tijdperk’ was de mensheid niet afhankelijk van de agenda en plannenmakerij van God. In het wetenschappelijke wereldbeeld van grote denkers uit die tijd, Isaac Newton, Auguste Comte en René Descartes, ontwikkelde zich de overtuiging dat met een toename van wetenschappelijke kennis en inzicht de mensheid vanzelf in een ‘gouden tijdperk’ zou belanden, doordat zij het aardse paradijs nu zelf kon scheppen. De ‘maakbare samenleving’ was geboren.
Alle grote politiek-ideologische bewegingen die de geschiedenis opleverde, delen dit fundamenteel positivistische uitgangspunt. Tot op de dag van vandaag. Wie de stukken van het WEF leest vindt daar de bevestiging. Dit gezelschap ziet zichzelf als het werktuig Gods. Ze zijn er van overtuigd dat zij met de Great-Reset-plannen, uitgevoerd met de modernste (digitale) technieken, een heel nieuwe wereld kunnen scheppen. Een veel betere wereld ook. Een heus aards paradijs. Met een nieuwe, veel betere mens. De trans-humane mens die de huidige mens evolutionair ver achter zich laat. Men kan concluderen dat er een rechtstreekse lijn te trekken is vanaf de 1e uitvoering van het apocalyptisch theaterstuk met Columbus in de hoofdrol, tot aan het huidige treurspel waarin WEF-baas Klaus Schwab een hoofdrol opeist.
Het is een gegeven dat de westerse beschaving en haar politieke machtselites niet uitblinken in zelfkritisch vermogen. Dat is zeer te betreuren. Want wie niet leert, maakt steeds weer dezelfde fouten. Want de échte les van het apocalyptisch theaterstuk is dat zij die menen op heilige missie te zijn, later in de geschiedenisboeken zonder uitzondering als misdadigers geboekstaafd worden. Omdat zij, in hun obsessie met die heilige missie bereid zijn miljoenen levens van evenzovele gewone mensen op te offeren voor hun idealen. Dat is de les die John Gray de Jesse Klavers, Kaagen, Hoekstra’s en de meelopende MSM-journaille in zijn boek Zwarte mis; apocalyptische religie en de moderne utopieën voorhoudt.
Het narcistische geloof van het wetenschappelijk materialisme in de eigen menselijke vermogens, heeft een groot aantal utopistische politieke projecten gebaard. Met het WEF als laatste loot aan deze treurwilg. Haar aanhangers en ideologen zijn er, net als hun vroegchristelijke apocalyptische voorgangers, van overtuigd dat een gouden toekomst van menselijk geluk en voorspoed binnen handbereik ligt. Gray stelt terecht dat zij schatplichtig zijn aan het apocalyptische vuur van het christelijk geloof, dat miljoenen gewone mensen het leven heeft gekost. Hetzelfde lot brachten de politieke apocalyptische ideologieën met zich mee. De politieke geschiedenis heeft miljoenen slachtoffers opgeleverd van regimes die ervan overtuigd waren bouwers te zijn van een nieuwe wereld. Het nazisme, socialisme en communisme zijn de meest dramatische en bloederige voorbeelden. Omdat er geen enkele reden te bedenken is waarom dat deze keer anders zal gaan, is maatschappelijk verzet tegen deze Rotmans-beweging een ‘must’. Vooral ook omdat deze beweging met de herdefiniëring van wat zij onder het algemeen belang verstaan, een duidelijk signaal afgeeft aan de mensen die nu leven: “We zijn er niet voor u! Onze heilige missie strekt verder. We zijn de nieuwe uitverkorenen met een heilige, goddelijke missie: het redden van de planeet!”. Over en uit!
En precies deze superioriteitsattitude, die trouwens ook hét kenmerk is van diezelfde westers-wit-christelijke beschaving, maakt het voor Rotmans en de zijnen een stuk makkelijker om de duistere kant van hun misdaden te camoufleren en moreel te rechtvaardigen. Wie wederom een kijkje in de geschiedenis neemt, ontdekt dat deze superioriteits-houding hét kenmerk is van deze westers-christelijke beschaving. En juist deze houding maakt het mogelijk alle andersdenkenden tot minderwaardig te bestempelen. Zoals Jesse Klaver recent nog deed door hen ‘gif’ te noemen. En wat doen de Jesse Klavers met ‘gif’? De geschiedenis vertelt het! Hele culturen zijn in naam van de heilige missie door dit soort ‘giftige’ Klavertjes van de wereldkaart geveegd. Met als motto: wie niet horen wil, moet maar voelen! En ‘ze’ geven zelf toe, tot van alles in staat te zijn. De Paus noemde het christelijk-westers optreden jegens de inheemse Indiaanse bevolking ‘genocide’. Hij zei het haast terloops. Ook de slavenhandel als gruwelmisdaad tegen de menselijkheid, geschiedde voor een belangrijk deel in naam van Jezus en de Bijbel. Niet dat men ervan leert. Het Vaticaan en ook nagenoeg de gehele protestant-christelijke beweging hebben zich bij het WEF-gedachtengoed aangesloten. Dit nadat zij in de coronacrisis ook al blijk gaven van diepe minachting voor hen die er anders instonden.
Zij zijn de grote vaandeldragers van het Rotmans-gedachtengoed en zien voor zichzelf opnieuw een rol weggelegd in de nieuwste uitvoering van dit theaterstuk. Onder regie van een heilige missie. En nee, het is zeker geen toeval dat de christelijke mainstreammedia het voortouw neemt in deze uitvoering. Met het christelijk dagblad Trouw, dat de niet-gevaccineerden als oud vuil behandelden, in de eerste linies van dit misdadig gezelschap. Dan rest er nog één prangende vraag: wie stopt deze machinerie die, als ze niet tot staan gebracht wordt, opnieuw kan uitmonden in een ramp?
Dit essay is een verkorte samenvatting van het laatste boek van Hans Siepel: Met Godsverstand, Build Christianity Back Better, (uitgegeven bij uitgeverij Aspekt) en een eerder boek: Doornroosje en de Apocalyps (uitgegeven bij uitgeverij Elikser).
Citeer dit artikel: Ter Verdieping, aflevering 7, 2023
Relevante gesprekken bij dit artikel:
Met Wim de Haas:
Met Hans Siepel:
Met Paul Vanderklay:
Bedankt voor dit artikel! Hierbij een reactie op de quote: "Het Vaticaan en ook nagenoeg de gehele protestant-christelijke beweging hebben zich bij het WEF-gedachtengoed aangesloten." Het is andersom. Het Vaticaan heeft zich niet aangesloten, maar is de projectleider die de hele zaak - incl. het WEF - aanstuurt. Op www.detijdlijn.nl leg ik uit hoe dit zit en wat het grote verhaal is wat hier bij hoort. Onder 'over de tijdlijn' geef ik aanknopingspunten voor onderwerpen en de zoekfunctie helpt ook om door de site te navigeren. Ik zou hier graag eens over in gesprek komen.
Doet mij denken aan Het Schip der Dwazen, soms ook wel het Narrenschip genoemd.
Afkomstig uit boek IV van Plato’s Staat, over een schip met een disfunctionerende bemanning.
Het stuk is politiek van aard en heeft als doel om de problemen van regeren en besturen te illustreren in regeringsvormen die niet zijn gebaseerd op expertkennis.
In Das Narrenschiff (Sebastiaan Brant, 1494) wordt verteld hoe een schip vol dwazen koers zet richting het fictieve land Narragonia, het paradijs der dwazen.
Gaandeweg worden de verschillende manieren waarop dwaasheid tot uiting komt op de hak genomen door Brant in korte satires: zo komen de corrupte rechter, de dronkaard en de kwakzalver aan bod. Er komen ook voorbeelden van dwaasheid in voor die ietwat bevreemdend overkomen op de hedendaagse lezer: zo wordt er gesproken over het morele falen dat achter onafgemaakte gebouwen steekt.
Andere dwaasheden zijn echter van alle tijden, zoals een satirische beschrijving van uitstelgedrag:
"Wij varen rond door ieder land. Elke haven en stand doorzoeken wij. Wij varen rond met grote schade en kunnen de plek waar we moeten landen maar niet vinden. Onze rondreis is zonder eind, want niemand weet waar hij landen kan. En niemand rust, zowel overdag als 's nachts, en geen van ons slaat acht op de wijsheid."
Erasmus kwam met hetzelfde thema in ‘Lof der Zotheid’.
Jheronimus Bosch heeft en schilderij gemaakt met het onderwerp ‘Het Narrenschip’